In 2020 begon ik met bloggen, simpelweg omdat ik een plek zocht om mijn gedachten over literatuuronderwijs te ordenen en te delen. Wat begon als een persoonlijk experiment, groeide uit tot een belangrijk onderdeel van mijn werk. De afgelopen jaren is schrijven steeds meer een vanzelfsprekend onderdeel van mijn onderwijspraktijk geworden: naast mijn lestaak ontwikkel ik lesmateriaal dat leerlingen helpt literatuur écht te ervaren, begrijpen en toe-eigenen.
Vijf jaar later is dat avontuur uitgegroeid tot iets tastbaars. Eind dit jaar verschijnt bij Uitgeverij Kleine Uil mijn boek Oude teksten voor jonge lezers. In dit boek komen de ideeën die ooit op dit blog ontstonden samen in een doorlopend verhaal over literatuuronderwijs, literaire competentie en de talloze manieren waarop lezen, denken en taal elkaar kunnen versterken. Daarnaast bevat het nieuwe lessen en teksten die ik nog niet eerder op dit blog behandelde.
Nu de nieuwe kerndoelen hun intrede doen, hoop ik dat dit boek – samen met klassiekersindeklas.nl – andere docenten in de onderbouw inspireert om met historische letterkunde aan de slag te gaan. Want er liggen zoveel mogelijkheden om leerlingen te laten ontdekken dat oude teksten niet ver van hun belevingswereld afstaan, maar juist verrassend dichtbij kunnen komen.
Nieuwe kerndoelen, nieuwe richting voor het literatuuronderwijs
Oude teksten zijn een onmisbaar onderdeel van het literatuuronderwijs in de onderbouw. In onze nieuwe kerndoelen wordt de historische letterkunde voor het eerst voor leerlingen van alle niveaus voorgeschreven. Maar hoe pak je dit aan? In dit zeer praktische, vrolijke vakdidactiekboek leer je hoe je de vanaf de brugklas oude teksten onderwijst naast de jeugdliteratuur en poëzie, om zodoende tot een geïntegreerd literatuuronderwijs te komen op basis van de nieuwe kerndoelen.
Oude teksten in de onderbouw aanbieden is iets wezenlijk anders dan het literatuurgeschiedenisonderwijs in de bovenbouw: het vereist een heel eigen didactiek. Je maakt in dit boek kennis met concrete lessenreeksen aangevuld met het hoe, wat en waarom. Bovendien leer je een scala aan teksten kennen die onderbouwleerlingen niet mogen missen.